De ‘nieuwe’ goudkoorts: het (juridisch) ongeleide projectiel dat bitcoin heet
We leven in een wereld die zich elke dag opnieuw tracht heruit te vinden en waar de ene technologie in sneltempo wordt opgevolgd door de andere. Ingevolge deze opeenvolgende technologische vernieuwingen wordt men steeds vaker geconfronteerd met de verzuchtingen van ‘verdwaalde’ generaties, die kop noch staart krijgen aan de nieuwste technologische snufjes. Vaak wordt openlijk gehunkerd naar een voorbijgegane tijd, waar alles eenvoudiger was en de klassieke (financiële) instituten hoogtij vierden.
Één van de voornaamste veranderingen die in het voorbije decennium aan de meesten onder ons is voorbijgegaan, betreft de opkomst van de digitale valuta (ook wel cryptovaluta of cryptocurrency genoemd) en de achterliggende blockchain technologie, die de financiële transacties van dergelijke digitale munten mogelijk maakt.
Deze technologie werd middels publicatie van de white paper “Bitcoin: A Peer-to-Peer Electronic Cash System” reeds in 2008 bekend gemaakt, waarna het ruim vijf jaar duurde vooraleer er sprake was van wijdverspreid gebruik.
Ondanks het enorme financiële draagvlak van de bitcoin, bestaat er op heden nog bijzonder veel onduidelijkheid over de terminologische en juridische definiëring ervan.
Op heden, ruim tien jaar later, bedraagt de totale marktwaarde van alle cryptocrurrency samen maar liefst 375 miljard dollar, waarvan de Bitcoin, als grootste digitale munteenheid, ruim 157 miljard dollar voor zijn rekening neemt. Dat is geen slecht resultaat, zeker als u weet dat de eerste financiële transactie van de Bitcoin werd uitgevoerd voor de aankoop van een bescheiden pizza, waarvoor destijds 10.000 Bitcoins (huidige waarde: 93 miljoen dollar) werden neergeteld.
Voorts lijkt de gemiddelde waarnemer eveneens bijzonder slecht geïnformeerd te zijn omtrent de technologie die achter deze valuta schuilgaat, zodat velen onder hen verkeerde inschattingen maken met alle gevolgen van dien.
Het mysterie van de bitcoin
Zoals gezegd betreft de Bitcoin een digitale munteenheid, waarbij de transacties worden gecontroleerd en geregistreerd door een autonoom proces dat ‘mining’ heet. Het voltooien van dit ‘proces’ leidt op haar beurt tot de creatie van nieuwe Bitcoins, hetgeen inflatie teweegbrengt zonder dat daarbij de tussenkomst van een bank of andere gecentraliseerde instelling is vereist.
De transacties worden bijgehouden door een globaal netwerk van computers (dat u het best kan vergelijken met uw boekhouding, maar dan op globaal niveau). Dit betekent dat uw financiële transacties niet slechts door één partij (bijvoorbeeld uw bank) worden gecontroleerd, maar wel door een heel netwerk van objectieve waarnemers.
Dit netwerk noemt men ‘De Blockchain’ hetgeen een overzicht omvat van alle transacties met de daarbij horende data, tijdstippen, eigenaars en beschikbare saldi, op basis waarvan iedere financiële transactie wordt geverifieerd. Een betaling met behulp van digitale valuta geschiedt aldus openbaar en wordt op basis van een complex wiskundig model onderworpen aan verscheidene controles, die tegelijkertijd door verscheidene waarnemers worden uitgevoerd. Indien deze waarnemers vervolgens een onderlinge consensus hebben bereikt omtrent het tijdstip en de datum van de transactie, dan zal deze onverwijld worden uitgevoerd.
Samengevat kan men aldus stellen dat cryptovaluta ondergebracht zijn in een openbaar en gedecentraliseerd financieel systeem, waar er geen centrale autoriteit is die alle controle over de transacties handhaaft. Dit maakt dat de Blockchain en de digitale valuta die daarin worden verhandeld volledig onderworpen zijn aan de wetten van vraag en aanbod, hetgeen aanleiding heeft gegeven tot het ontstaan van een extreem volatiele en speculatieve markt.
Om de mate van volatiliteit, de speculatieve aard en de extreme marges van cryptovaluta enigszins tastbaar te maken, volstaat het om te verwijzen naar de cijfers van het jaar 2017.
Begin 2017 was één bitcoin ongeveer 1.000 dollar waard. Eind november 2017 was de waarde van de bitcoin gestegen naar 8.000 dollar, hetgeen een waardevermeerdering van ruim 700% betekent. Indien men de vergelijking maakt met de BEL20, die in 2017 een (historische) waardevermeerdering van 11% mocht noteren, dan is de keuze heel erg snel gemaakt.
Gelet op de overweldigende opmars van de cryptovaluta markt en het kapitaal dat deze in het laatste decennium is komen te vertegenwoordigen, zou men durven vermoeden dat het juridisch kader van de digitale munteenheden al sedert geruime tijd ‘op punt’ staat en er op heden aldus geen verwarring meer kan bestaan omtrent het financieel en juridisch regime dat op dergelijke financiële transacties van toepassing is.
Niets blijkt echter minder waar te zijn, nu zowel de Nationale als de Europese wetgever hieromtrent volstrekt in het duister lijkt te tasten.
Het juridisch regime van de cryptovaluta: een cornucopia van onduidelijkheid
Op heden bestaat er geen enkel wetgevend kader waarbinnen de digitale valuta kunnen worden ondergebracht. Zo is men het op Europees vlak zelfs niet volledig eens omtrent de juridische kwalificatie van digitale munteenheden. Europa lijkt zich vooralsnog stuk te bijten op de vraag of cryptovaluta dienen te worden beschouwd als handelswaar, ruilmiddel, dan wel als een louter financieel instrument.
Dergelijke kwalificatie is namelijk van groot belang, nu op elk van deze onderscheiden categorieën een andere wetgeving van toepassing is. Hierna volgt dan ook een (bondig) overzicht van de standpunten die momenteel door de Europese Unie worden gehanteerd m.b.t. de kwalificatie van digitale munteenheden
- Het Hof van Justitie oordeelde in een arrest van 22.010.2015[1] reeds dat ‘virtuele valuta’, zoals de Bitcoin, niet kunnen gekwalificeerd worden als handelswaar (commodities), maar wel als valuta. In die zin werd eveneens geoordeeld dat het inwisselen van traditionele valuta tegen eenheden van ‘virtuele valuta’ niet aan de regeling inzake BTW kan worden onderworpen;
- Volgens een rapport van de Europese Centrale Bank[2] kan ‘de bitcoin’ niet gekwalificeerd worden als elektronisch geld, nu er geen wettelijke garantie bestaat dat cryptocurrency direct inwisselbaar is voor de oorspronkelijke waarde die werd geïnvesteerd (hetgeen te wijten is aan de extreme wisselkoersschommelingen). Dit standpunt werd eveneens bevestigd door de FSMA en de Nationale Bank van België in een perscommuniqué dd. 14.01.2014.[3]
- Voorts beschouwen de Centrale Banken virtuele valuta niet als geld, noch in de juridische, noch in de economische betekenis van het woord. Voorts wordt het ook niet beschouwd als een wettig betaalmiddel, nu het niet wordt uitgegeven door een centrale bank, kredietinstelling of instelling voor elektronisch geld en over het algemeen een zéér lage aanvaardingsgraad geniet in de nationale en internationale economie.[4]
- Wat betreft de kwalificatie van cryptvaluta als financieel instrument blijven de meningen verdeeld. Zo stelde onder meer de Duitse minister van financiën dat de bitcoin wel degelijk als een financieel instrument dient te worden gekwalificeerd, hetgeen dan weer wordt weerlegd door landen zoals Zweden en Finland.[5]
Besluit: wees voorzichtig!
Door het gebrek aan iedere duidelijkheid omtrent het juridisch regime dat van toepassing is op cryptovaluta, dringt een kritische analyse van de risico’s en gevaren van het gebruik maken van (of het speculeren met) digitale valuta zich op. Het gebruik van virtuele valuta is zonder twijfel bijzonder risicovol, nu de klassieke bestuursstructuren ontbreken, hetgeen aldus voor onzekerheid en problemen kan zorgen voor de gebruiker.[6] Bovendien schieten ook dubieuze cryptoplatformen als paddenstoelen uit de grond, aldus het FSMA.[7]
Voorts ontbreekt iedere vorm van (rechterlijk of statelijk) toezicht, hetgeen – gelet op de grote volatiliteit van cryptocurrency – aanleiding kan geven tot grote financiële instabiliteit in verband met derivaten die geënt zijn op de slecht begrepen kenmerken van virtuele valuta.[8]
Tot slot zijn de mogelijke (wettelijke) beperkingen voor de handel in cryptocurrency op lange termijn bijzonder moeilijk om in te schatten. Het is immers niet ondenkbeeldig dat – gelet op de soms dubieuze oorsprong van de transacties die middels de blockchain plaatsvinden – toekomstige Europese wetgeving de handel in cryptovaluta zal trachten aan banden te leggen, nu zij vaak wordt aangewend om gelden van criminele oorsprong wit te wassen.
Het voorgaande brengt aldus met zich mee dat het handelen of beleggen in cryptovaluta steeds gepaard moet gaan met een grote mate van voorzichtigheid, die dient te worden aangevuld met een zeer gedegen kennis van de technologie die schuilt achter de digitale munt waarin men investeert.
Het gezegde ‘wie niet waagt, niet wint’, hetgeen in financiële middens te pas en te onpas wordt aangehaald, dient in dit geval dan ook met bijzonder veel argwaan en gezond verstand te worden benaderd.
Thijs Eeckhaut – Volg me op LinkedIn
[1] Hof van Justitie, C-264/14 dd. 22.10.2015
[2] http://www.ecb.europa.eu/pub/pdf/other/virtualcurrencyschemes201210en.pdf
[3] http://trends.knack.be/economie/finance/nationale-bank-en-beurswaakhond-waarschuwen-voor-bitcoin/article-normal-257371.html
[4] Briefing European Parliament (March 2016): Virtuel currencies – Challenges following their introductions.
[5] Rapport ECB, 02/2015 Virtual Currency schemes – a futher analysis.
[6] Resolutie Europees Parlement 26.05.2016 – Virtuele Valuta
[7] https://www.fsma.be/nl/warnings/platformen-voor-handel-cryptomunten-opgelet-voor-oplichters
[8] Ibid