Maak kennis met ons team: Freek Van Neck

Achter elk succesvol bedrijf staat een team van geweldige medewerkers! Tijd dus om onze schijnwerpers te richten op de echte helden achter de schermen – onze fantastische medewerkers! #TeamAppreciation #SamenSterk #Werkfamilie

Maak kennis met de dynamische oprichter, advocaat-vennoot en zaakvoerder van Interius Advocaten: Freek VAN NECK.

Op 54-jarige leeftijd is Freek niet alleen een ervaren professional, maar ook een geweldige partner en vader. Hij heeft een LAT-relatie met Veerle Amelinckx, en is gezegend met twee fantastische zonen van 15 en 17 jaar.

Met een interessante achtergrond – een licentiaat in de rechten behaald aan de KUL, en nadien nog verschillende studies gevolgd in internationale handel, bemiddeling in burgerlijke en handelszaken en sociale zaken – stortte Freek zich direct in de wereld van de advocatuur, waar hij zijn passie omzette in een mooie carrière.

Met een scherp oog voor ondernemingsrecht heeft Freek een duidelijke missie bij Interius Advocaten en Invordering.be: het bieden van deskundig advies en het oplossen van juridische kwesties voor zijn cliënten. Of het nu gaat om het in goede banen leiden van ondernemingszaken of het incasseren van onbetaalde facturen, Freek staat altijd paraat met zijn expertise en toewijding!

Op de vraag wat Interius Advocaten zo sterk maakt, antwoordt Freek: “Small enough to know you, big enough to serve you.” Dit motto weerspiegelt hun toewijding om elke cliënt persoonlijke aandacht te geven, terwijl ze tegelijkertijd de expertise en middelen bieden die nodig zijn om succesvolle resultaten te behalen.

Maar er is meer aan Freek dan alleen zijn werk. Buiten de advocatuur vind je hem op de padelbaan, op de skipiste, of misschien wel thuis, genietend van zijn passies voor vintage audio, vinylplaten en strips verzamelen.

Daarnaast heeft Freek ook een sublieme smaak als het op eten aankomt. Zijn favoriete gerecht? Spaghetti van de Fox, een eenvoudig maar heerlijk gerecht waarvan hij ongetwijfeld kan genieten na een lange dag vol juridische uitdagingen.

En wat drijft Freek in het leven? Het “Jinba Ittai” principe, geleend uit zijn tijd als fervent paardrijder. Voor Freek betekent dit streven naar harmonie, niet alleen tussen paard en ruiter, maar ook in het dagelijks leven – in harmonie leven met mensen en de omgeving om ons heen.




Einde arbeidsovereenkomst? Gebruiksrecht gsm-nummer van werknemer gewaarborgd

Nadat de arbeidsovereenkomst tussen werkgever en werknemer beëindigd is, behoudt de werknemer het recht om zijn gsm-nummer te blijven gebruiken. Deze regelgeving geldt sinds 1 januari 2024, nadat de Kamer het op 14 december 2023 goedkeurde.

Vaak voorkomend probleem aangepakt

Het voorstel adresseerde een vaak voorkomend probleem waarbij werknemers hun private gsm-nummers overdroegen aan hun werkgevers, die vervolgens de abonnementskosten op zich namen. Echter, bij het einde van de arbeidsrelatie weigerde de werkgever soms het nummer terug te geven aan de werknemer. Dit resulteerde in het onvermogen voor de werknemer om het nummer automatisch terug te krijgen voor persoonlijk gebruik. Als de werkgever de teruggave van het nummer weigerde, werd de werknemer gedwongen zich te abonneren op een nieuw nummer.

Nadat de arbeidsovereenkomst tussen werkgever en werknemer beëindigd is, behoudt de werknemer het recht om zijn gsm-nummer te blijven gebruiken. Deze regelgeving geldt sinds 1 januari 2024

Nadat de arbeidsovereenkomst tussen werkgever en werknemer beëindigd is, behoudt de werknemer het recht om zijn gsm-nummer te blijven gebruiken. Deze regelgeving geldt sinds 1 januari 2024.

Wijziging in arbeidsovereenkomstenwet

Deze wetswijziging biedt een oplossing voor dit probleem door het gebruiksrecht van de gsm-nummers van werknemers te waarborgen, zelfs na het einde van de arbeidsrelatie. Dit zorgt voor meer zekerheid en bescherming van de rechten van werknemers met betrekking tot hun persoonlijke communicatiemiddelen.

De nieuwe wet regelt deze situatie nu op een officiële manier. Het nieuw toegevoegde artikel aan de Arbeidsovereenkomstenwet stelt dat werknemers het recht hebben om binnen een maand na het einde van hun arbeidsovereenkomst schriftelijk te vragen om het gebruiksrecht van hun gsm-nummer terug te krijgen. Als de werknemer dit op tijd en op de juiste manier aanvraagt, is de werkgever verplicht het gebruiksrecht over te dragen.

Link naar de volledige fiche: Wetsontwerp teneinde het gebruiksrecht van gsm-nummers van werknemers te garanderen na de beëindiging van de arbeidsovereenkomst.

Vragen?

Voor verdere vragen of juridisch advies, aarzel niet om contact op te nemen met Interius Advocaten. Zij staan klaar om jouw belangen te behartigen en je te ondersteunen bij al jouw juridische zaken. Je kan ons bereiken via telefoon, e-mail of een persoonlijk bezoek aan ons kantoor.




Vastgoedbemiddelingsovereenkomsten: nieuw Koninklijk Besluit

Het Koninklijk Besluit van 24 september 2023, dat betrekking heeft op het gebruik van specifieke bedingen in vastgoedbemiddelingsovereenkomsten tussen bedrijven en consumenten, werd op 6 november 2023 gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad.

Dit nieuwe Koninklijk Besluit vervangt het vorige besluit uit 2007, beter bekend als ‘KB Freya’, en zal van kracht worden op 1 februari 2024 voor overeenkomsten die vanaf die datum worden gesloten.

Het nieuwe Koninklijk Besluit over vastgoedbemiddelingsovereenkomsten gaat in vanaf 1 februari 2024. Interius Advocaten staat jou graag bij!

Het nieuwe Koninklijk Besluit over vastgoedbemiddelingsovereenkomsten gaat in vanaf 1 februari 2024. Interius Advocaten staat jou graag bij!

Wat houdt dit nieuwe KB juist in?
  • Uitbreiding toepassingsgebied

Het Koninklijk Besluit is niet langer beperkt tot alleen vastgoedmakelaars. Het is nu van toepassing op elke onderneming die professioneel bemiddelt in vastgoed. Denk maar aan architecten en landmeters, met uitzondering van notarissen.

  • Vereiste attesten bij vastgoedovereenkomsten: informatie en opties voor consumenten

De bijlagen van de overeenkomst moeten een lijst bevatten met de vereiste attesten met betrekking tot de verkoop- of verhuurovereenkomst, zoals bijvoorbeeld attesten voor bodemverontreiniging, energieprestatie, keuring van toestellen, enzovoort. De consument moet de mogelijkheid hebben om deze attesten zelf op te vragen of de vastgoedprofessional te machtigen om dit namens hen te doen.

  • Duur en voorwaarden van exclusiviteit in vastgoedbemiddelingsovereenkomsten

In de overeenkomst moet de duur van exclusiviteit worden vastgesteld indien de bemiddelingsopdracht exclusief is. Exclusiviteitsclausules mogen in geen geval een termijn van zes maanden overschrijden. De overeenkomst dient duidelijk aan te geven of de vastgoedbemiddelaar al dan niet exclusiviteit geniet, en zo ja, hoelang deze exclusiviteit van kracht is. Bijvoorbeeld, moet de consument de mogelijkheid hebben om zelf te zoeken naar een kandidaat-koper en eventueel zelf een koopovereenkomst af te sluiten?

  • Duurtijd van de overeenkomst

Bij een overeenkomst met een specifieke duur moet de consument weten hoelang hij aan de overeenkomst gebonden is. In het geval van een overeenkomst voor onbepaalde duur is de opzegtermijn maximaal 2 maanden.

  • Transparante vastgoedovereenkomsten

De overeenkomst moet niet alleen de minimum vraagprijs en de verkoop- of verhuurvoorwaarden specificeren, maar ook transparantie bieden over de opdracht en bevoegdheid van de vastgoedbemiddelaar. Indien de vastgoedbemiddelaar bevoegd is om met de kandidaat-koper over de prijs te onderhandelen, dienen de grenzen van deze onderhandelingsbevoegdheid helder te worden afgebakend. Daarnaast moet de overeenkomst expliciet vermelden of de vastgoedbemiddelaar gemachtigd is om namens en voor rekening van de consument een overeenkomst te sluiten. De door de consument gewenste prijs dient eveneens in de overeenkomst te worden opgenomen. Afwijkingen van deze bepalingen zijn enkel mogelijk met voorafgaande en expliciete goedkeuring van de consument.

  • Rapporteringsverplichting

Volgens het nieuwe KB moet de vastgoedbemiddelaar de consument minstens elke maand op de hoogte houden via een duurzaam medium, zoals e-mail. De updates moeten concrete informatie bevatten, zoals het aantal kandidaten, bezichtigingen en veelvoorkomende reacties of opmerkingen. Deze verplichting is essentieel omdat het de consument in staat stelt om aan te tonen dat er niet voldoende inspanningen zijn geleverd als de rapportage aangeeft dat er geen geschikte kandidaat is gevonden.

  • Twee weken herroepingsrecht

Normaal gesproken heeft de consument 14 dagen om de overeenkomst te annuleren. Er is echter een uitzondering: als de consument (1) uitdrukkelijk toestemming geeft voor directe uitvoering van de overeenkomst en (2) erkent dat hij zijn annuleringsrecht verliest als de overeenkomst volledig wordt uitgevoerd tijdens de annuleringsperiode. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren als er al een geschikte huurder is gevonden tijdens de annuleringsperiode.

  • Opzegging en vergoeding

In de overeenkomst staat normaalgezien hoe de consument kan opzeggen. Maar als de consument dat doet, moet hij een vergoeding betalen. Deze vergoeding is hoogstens 50% van de afgesproken commissie als hij binnen de eerste 3 maanden opzegt, en maximaal 25% als hij na die eerste 3 maanden opzegt. Dit geldt alleen als het onroerend goed niet binnen 6 maanden na de opzegging wordt verkocht of verhuurd.

  • Compensatieregeling bij directe overeenkomsten en potentiële kandidaten

Als een koper of huurder rechtstreeks met een consument een deal sluit, buiten de vastgoedbemiddelaar om, heeft deze laatste nog steeds recht op de vergoeding zoals afgesproken in de overeenkomst. De vastgoedbemiddelaar moet wel kunnen bewijzen dat ze die koper hebben voorgesteld en deze mogelijkheid moet in de overeenkomst staan.

Als de bemiddeling niet heeft geleid tot de verkoop of verhuur van het onroerend goed, zal de vastgoedbemiddelaar de consument een lijst van geïnteresseerde kandidaten bezorgen. De vastgoedbemiddelaar heeft recht op een extra vergoeding als het onroerend goed binnen 6 maanden na het einde van de overeenkomst wordt verkocht of verhuurd aan een kandidaat van de lijst, en dit moet ook in de overeenkomst zijn opgenomen.

Contacteer Interius advocaten

Interius advocaten staat je graag bij voor vragen of bij het nakijken en aanpassen van jouw bemiddelingsopdrachten. Neem contact op en we geven graag het gepaste advies op maat.

 

 




De rol van een advocaat bij de aanstelling van een voorlopig bewindvoerder in een onderneming in moeilijkheden

De wetgeving in het kader van het Wetboek van Economisch Recht (WER) voorziet in verschillende mechanismen om bedrijven te beschermen in geval van financiële moeilijkheden. Een belangrijk instrument in dit verband is de aanstelling van een voorlopig bewindvoerder, geregeld in artikel 32 van het WER. In dit blogartikel richten we onze aandacht op de cruciale rol die advocaten spelen wanneer een voorlopig bewindvoerder wordt aangesteld door de Voorzitter van de Ondernemingsrechtbank.

Wanneer wordt een voorlopig bewindvoerder aangesteld?

Artikel 32 van het WER biedt de mogelijkheid voor de Voorzitter van de Ondernemingsrechtbank om een voorlopig bewindvoerder aan te stellen wanneer er ernstige aanwijzingen zijn van een dreigend faillissement.

Hij beslist ambtshalve, dit is autonoom, meestal op grond van knipperlichten (verstekvonnissen, beslagen, …) ofwel op eenzijdig verzoek van iedere belanghebbende, bijvoorbeeld een schuldeiser.

Wat doet de voorlopig bewindvoerder?

Deze voorlopige bewindvoerder krijgt de taak om de belangen van zowel de onderneming als haar schuldeisers te behartigen.

De bevoegdheden van de bewindvoerder zijn zeer verregaand: meestal wordt het volledig beheer aan de vennootschap ontnomen en overgenomen door de bewindvoerder: hij neemt het bestuur en het dagelijks bestuur over. Zo ook neemt de bewindvoerder alle financiële rekeningen over en zal de bewindvoerder de leveranciers en het personeel betalen. Hij zal in het bezit gesteld worden van het volledige patrimonium van de vennootschap en hij krijgt inzage alle mogelijke documenten. Zeer verregaande bevoegdheden dus.

Hoe lang neemt de bewindvoerder het beheer over?

De bewindvoerder wordt aangesteld voor maximaal 21 dagen. Meer bepaald moet er binnen de 21 dagen een vordering tot faillietverklaring, tot gerechtelijke ontbinding of tot gerechtelijke reorganisatie worden ingesteld, zo niet neemt het mandaat een einde.

De bekendmaking van de beslissing tot aanstelling van een bewindvoerder

De beslissing waarmee een bewindvoerder wordt aangesteld, wordt gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad zodat iedereen er kennis van krijgt. Uiteraard is dit geen positieve reclame voor het bedrijf.

Hoewel niet voorzien in de wet, wordt het einde van het mandaat meestal ook gepubliceerd in het Staatsblad.

Het Wetboek van Economisch Recht voorziet in verschillende mechanismen om bedrijven te beschermen in geval van financiële moeilijkheden. Een ervan is de aanstelling van een voorlopig bewindvoerder. De rol van een advocaat daarbij is van cruciaal belang.

Het Wetboek van Economisch Recht voorziet in verschillende mechanismen om bedrijven te beschermen in geval van financiële moeilijkheden. Een ervan is de aanstelling van een voorlopig bewindvoerder. De rol van een advocaat daarbij is van cruciaal belang. (Foto: Racool_studio)

Rol van de advocaat

Een advocaat kan een centrale rol spelen in dit proces en levert een onschatbare bijdrage aan het waarborgen van een eerlijke en effectieve aanstelling van een voorlopig bewindvoerder. In deze blog gaan we dieper in op de rol van een advocaat in dit proces en waarom het van belang is om hun expertise in te roepen.

  1. Informeren: Een advocaat informeert de onderneming over de wettelijke aspecten van de bewindvoering. Hij informeert de onderneming over het verloop ervan en de eventuele juriiscge stappen die moeten worden.
  2. Informatiedoorstroming naar de bewindvoerder: De aangestelde voorlopig bewindvoerder zal vele vragen hebben die dienen beantwoord te worden door de onderneming. De advocaat helpt het bedrijf deze info te verzamelen, te structureren en door te geven aan de bewindvoerder. Een belangrijke rol is hier ook weggelegd voor de accountant van het bedrijf die recente cijfers en historieken zal moeten bezorgen.
  3. Onderhandelingen: In sommige gevallen is het nodig om te onderhandelen met schuldeisers, werknemers en andere belanghebbenden. Er moeten afbetalingsplannen overeengekomen worden en bezorgd aan de bewindvoerder. Een advocaat helpt bij deze onderhandelingen. Hij zal ook de bewindvoerder mee helpen overtuigen om geen vordering in faling in te stellen voor de Rechtbank.
  4. Bijstand in de rechtbank. Soms is het nuttig de beslissing aan te vechten via een verzetsprocedure bij de Voorzitter van de Ondernemingsrechtbank. De advocaat stelt daartoe een verzoekschrift op en vertegenwoordigt de onderneming in de rechtbank. Hij presenteert argumenten die de rechtbank overtuigen dat de aanstelling van een bewindvoerder niet correct is. Ook nadien, als de bewindvoerder toch beslist een vordering in faling in te stellen, is het belangrijk dat u bijgestaan wordt door een advocaat om de rechtbank te overtuigen dat de faillissementsvoorwaarden niet vervuld zijn.
  5. Toezicht: Nadat de voorlopig bewindvoerder is aangesteld, helpt een advocaat bij het toezicht houden op de activiteiten om ervoor te zorgen dat er gehandeld wordt in overeenstemming met de belangen van de onderneming en de wettelijke voorschriften.

Conclusie

De aanstelling van een voorlopig bewindvoerder bij een onderneming in moeilijkheden is een verregaand en complex proces. Een advocaat speelt een onschatbare rol in het waarborgen van de spelregels en het beschermen van de belangen van getroffen onderneming. Het is van belang dat een onderneming in een dergelijke situatie juridisch advies inwint en samenwerkt met een ervaren advocaat zoals Interius Advocaten om ervoor te zorgen dat het proces zo soepel mogelijk verloopt.




Vlaanderen worstelt met recordaantal faillissementen

De Tijd kopte afgelopen weekend ‘Deze zomer recordaantal faillissementen in Vlaanderen’. Uit gegevens van het onderzoeksbureau Graydon blijkt dat er de voorbije zomermaanden 682 faillissementen werden uitgesproken, wat een stijging van 21 procent betekent ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. Interius advocaten beschikt over een incassopoot: Invordering.be.
Maak tijdig gebruik van onze invorderingsspecialisten om te voorkomen dat onbetaalde facturen zich opstapelen en om je liquiditeit op peil te houden. Want bij debiteurenbeheer geldt het voornaamste principe: voorkomen is beter dan genezen. We zoomen even dieper in op de faillissementscijfers van Graydon.

Vlaanderen worstelt met recordaantal faillissementen. Maak tijdig gebruik van onze invorderingsspecialisten om te voorkomen dat onbetaalde facturen zich opstapelen en om je liquiditeit op peil te houden.

Vlaanderen worstelt met recordaantal faillissementen. Maak tijdig gebruik van onze invorderingsspecialisten om te voorkomen dat onbetaalde facturen zich opstapelen en om je liquiditeit op peil te houden.

Vlaams-Brabant en Oost-Vlaanderen voeren de lijst aan

De afgelopen maanden juli en augustus werden er in België 1.133 faillissementsvonnissen uitgesproken: in vergelijking met dezelfde periode verleden jaar een stijging met + 22,89%. Vlaams-Brabant (137 faillissementen, +75%) en Oost-Vlaanderen (149, +1,36%) waren de gebieden met de meeste faillissementen. In Brussel was het aantal faillissementen bijna een derde hoger dan in de zomer van 2022, met 181 faillissementen. In Wallonië werden in juli en augustus 269 bedrijven failliet verklaard, een stijging van 26 procent.

Opmerkelijke cijfers in bouwsector, transport en autohandel

De bouwsector blijft zeer kwetsbaar, met een recordaantal van 1367 faillissementen sinds het begin van dit jaar. Ook de transportsector heeft een recordaantal faillissementen gezien, met 420 gevallen sinds het begin van 2023. De autohandel en garages staan op de derde plaats met 238 faillissementen.

Beginnende bedrijven vaak het slachtoffer

De laatste paar maanden werd waargenomen dat jonge bedrijven een grotere aanwezigheid hebben in de statistieken van bedrijfsfaillissementen. Deze opwaartse trend is voornamelijk merkbaar in Vlaanderen, waar bedrijven die tussen de 0 en 4 jaar oud zijn, verantwoordelijk zijn voor maar liefst 46,71% van het totale aantal faillissementen. Deze opvallende ontwikkeling kan volgens Graydon worden toegeschreven aan twee belangrijke factoren. Enerzijds door bedrijven die net voor de coronapandemie opgericht zijn en niet de financiële buffer hadden om deze moeilijke periode te doorstaan. Anderzijds is er een toename van de inspanningen om frauduleuze bedrijven aan te pakken.

Bescherm je bedrijf tegen onbetaalde rekeningen en maak tijdig gebruik van de incassoservices van Invordering

Wanbetalingen vormen een potentiële bedreiging voor de stabiliteit van jouw bedrijf. Met het groeiende aantal faillissementen in gedachten, is het cruciaal om proactief te handelen en de expertise van Invordering op tijd in te schakelen. Advocaat Freek VAN NECK en het team begeleiden je via een bijzonder incassotraject richting een effectieve oplossing.




Wij maken binnenkort de switch: een vastgoedswitch

Wij verhuizen in november 2023

In november zetten wij een vastgoedstap richting een authentiek koetshuis in de Albert Liénartstraat (18 A) in Aalst. Ons huidige pand, waarin wij al 16 jaar onze klanten met raad en daad bijstaan, staat daarom sinds deze week te koop via vastgoedmakelaar Delestré Immobiliën. Je leest alle informatie over dit energiezuinig kantoor met garages, op een toplocatie in het Aalsterse stadscentrum via deze link.

Interesse? Plan een bezoek

Heb je interesse? Plan zeker een bezoek in via Delestré Immobiliën en ontdek alle troeven en sterktes van dit pand.

Wij blijven jouw vertrouwde partner

Uiteraard blijven de aanpak, de dienstverlening en het team van Interius Advocaten en Invordering.be dezelfde. Enkel onze locatie verandert dus in het najaar. Ons nieuw kantoor kan je alvast virtueel ontdekken via de onderstaande foto.

Wanneer we de effectieve overstap maken, zal dit via al onze communicatiekanalen tijdig gecommuniceerd worden. Tot dan kan je ons op ons vertrouwde adres op het Esplanadeplein terugvinden.




Nieuwe wetgeving: schulden van de consument

De nieuwe wetgeving genaamd boek XIX ‘Schulden van de consument’ is recentelijk toegevoegd aan het Wetboek van Economisch Recht (WER). Deze wetgeving bevat zowel bepalingen over de gevolgen van betalingsachterstanden van consumentenschulden ten opzichte van ondernemingen (Titel 1), als regels met betrekking tot de minnelijke invordering van consumentenschulden door schuldeisers of derden (Titel 2).

Het boek XIX bestaat dus uit twee titels waar we beknopt op inzoomen in de volgende alinea’s. Interius Advocaten begeleidt jouw onderneming op een professionele manier bij deze nieuwe wetgeving en de concrete toepassing ervan.

Nieuwe wetgeving: schulden van de consument

De nieuwe wetgeving ‘Schulden van de consument’ vormt voor ondernemingen een uitdaging. Interius Advocaten zorgt voor een professionele begeleiding.

Titel 1 van boek XIX WER: betaling van consumentenschulden aan ondernemingen

In Titel 1 van boek XIX WER worden diverse algemene regels uiteengezet met betrekking tot de betaling van consumentenschulden aan ondernemingen.

Een belangrijke vereiste die wordt geïntroduceerd, is dat een onderneming verplicht is om een eerste kosteloze herinnering aan de consument te sturen voordat schadebedingen kunnen worden toegepast. Deze eerste herinnering is onderworpen aan bepaalde vereisten.

Schadebedingen mogen pas worden toegepast na het verstrijken van een termijn van minimaal veertien kalenderdagen, die ingaat op de derde werkdag na verzending van de herinnering aan de consument. Als de herinnering elektronisch wordt verzonden, begint de termijn van veertien kalenderdagen op de dag na de verzenddatum aan de consument.

Omdat de wetgever van mening is dat schadebedingen vaak buitenproportioneel zijn en niet in verhouding staan tot de geleden schade, zijn er beperkingen opgelegd aan verwijlinteresten en zijn forfaitaire schadebedingen geplafonneerd.

Titel 2 van boek XIX WER: minnelijke invordering van consumentenschulden

De herziene versie van de wet van 20 december 2002 over de minnelijke invordering van consumentenschulden is opgenomen in Titel 2 van dit boek. Door deze wet op te nemen in het WER, zijn alle professionele minnelijke invorderingsactiviteiten onderworpen aan controle door de Economische Inspectie. Het is belangrijk op te merken dat advocaten, ministeriële ambtenaren of gerechtelijke mandatarissen die reeds de vereiste beroepsgaranties bieden, niet verplicht zijn om zich in te schrijven.

Daarnaast wordt er een nieuwe verplichting voor de schuldinvorderaar geïntroduceerd, namelijk de verplichting tot verificatie. Elke minnelijke invorderingsactiviteit begint met de verplichting om te controleren of aan de voorwaarden van Titel 1 van dit boek is voldaan met betrekking tot de bedragen die van de consument kunnen worden gevorderd. Aangezien schadebedingen strikt gereguleerd zullen zijn, is het belangrijk dat de schuldinvorderaar een initiële controle uitvoert en nagaat of de gevorderde bedragen voldoen aan alle beperkingen die zijn opgelegd aan schadebedingen.

Inwerkingtreding en voorbereiding

Met ingang van 1 september 2023, de eerste dag van de vierde maand na de bekendmaking in het Belgisch Staatsblad, treedt de wet van 4 mei 2023 in werking met betrekking tot toekomstige overeenkomsten.

Vanaf 1 december 2023, de eerste dag van de zevende maand na de bekendmaking in het Belgisch Staatsblad, is de wet van toepassing op elke vervallen en onbetaalde schuld van een consument aan een onderneming die voortvloeit uit een overeenkomst die vóór de inwerkingtreding van de wet is gesloten, op voorwaarde dat de betalingsachterstand zich voordoet na de inwerkingtreding van de wet.

Deze nieuwe wetgeving zal voor heel wat ondernemingen een uitdaging vormen en aanpassingen vragen. Begin daarom op tijd aan noodzakelijke wijzigingen zoals: algemene voorwaarden, overeenkomsten, invorderingsprocedures en dergelijke. Interius Advocaten ondersteunt jou hierbij en zorgt voor een naadloze overgang bij de inwerkingtreding van deze nieuwe wetgeving.




De Kamer voor Ondernemingen in Moeilijkheden: voorkomen is beter dan genezen

De Kamer voor Ondernemingen in Moeilijkheden (KOIM) is een belangrijke speler in de ondersteuning van ondernemingen die hun financiële gezondheid moeten herstellen. Want in een dynamische economie is het helaas niet ongewoon dat bedrijven soms in financiële problemen verzeild raken. In dit artikel gaan we dieper in op wat een KOIM is en welke rol zij vervult in het ondersteunen van deze bedrijven. Daarbij is het voor dergelijke ondernemingen belangrijk te weten dat zij beroep kunnen doen op de expertise van een advocatenkantoor, zoals Interius Advocaten.

Wat is een KOIM en waarom krijg je er als onderneming mee te maken?

Een Kamer voor Ondernemingen in Moeilijkheden (KOIM) is een onafhankelijke instantie die specifiek is opgericht om ondernemingen te helpen die in financiële moeilijkheden verkeren. Het doel van deze kamers, die trouwens ingebed zijn in de ondernemingsrechtbanken, is om een platform te bieden waarop ondernemers hun situatie kunnen bespreken, advies kunnen inwinnen en ondersteuning kunnen krijgen bij het vinden van oplossingen voor hun financiële problemen.

Er zijn verschillende redenen (de zogenaamde knipperlichten) waarom een bedrijf kan worden opgeroepen bij de Kamer voor Ondernemingen in Moeilijkheden. Een korte opsomming op basis van de wetgeving:

  • De onderneming blijft in gebreke om gedurende de laatste twee kwartalen haar sociale zekerheidsbijdragen, BTW of bedrijfsvoorheffing te betalen;
  • beslag door een deurwaarder;
  • een slechte financiële gezondheidsindicator, uitgedokterd door de Nationale Bank van België;
  • vonnissen met onbetwiste geldschulden als voorwerp;
  • verstekvonnissen met een veroordeling;
  • meldingen door een bedrijfsrevisor, accountant of externe boekhouder van de onderneming;
  • vonnissen tot ontbinding van een handelshuur;
  • de maatschappelijke zetel die op regelmatige basis verplaatst wordt.

De Kamer voor Ondernemingen in Moeilijkheden kan een uitweg bieden voor ondernemingen in financiële moeilijkheden. Deze ondernemingen kunnen daarbij beroep doen op de expertise van Interius Advocaten.

Stap voor stap: een onderzoek door de KOIM

Indien de Kamer de gegevens als recent en alarmerend beschouwt, wordt een onderzoek opgestart in drie stappen:

  • Onderzoek van de bedrijfscontinuïteit: wordt deze bedreigd of niet?
  • Bewustmaking van de toestand door een oproeping om te verschijnen op een zitting.
  • De KOIM hoort de onderneming in kwestie over de financiële toestand.

Een advocaat uit het team van Interius Advocaten kan jou bijstaan in alle stappen van dit proces. Want het is van groot belang alle administratieve aspecten en verzoeken goed op te volgen en in te vullen, teneinde een positieve beslissing van de KOIM te bekomen.

Eens alles onder de loep gelegd, komt de KOIM tot één van de onderstaande besluitvormingen:

  • Het onderzoek wordt afgesloten en het dossier wordt voorlopig of definitief geseponeerd.
  • De eindbeslissing moet verder gestoffeerd worden via bijkomende informatie.
  • Het dossier wordt doorverwezen naar de procureur des Konings richting de rechtbank met het oog op een faillissement of een gerechtelijke ontbinding.
  • Voorstel tot voor een procedure van gerechtelijke reorganisatie om een opschorting van de schuldeisers te bekomen.

We merken dat zelfs financieel gezonde bedrijven nu en dan opgeroepen worden. Als advocatenkantoor kunnen wij jou perfect bijstaan als je opgeroepen wordt voor een handelsonderzoek. We kunnen je bijstaan met de voorbereiding van het onderzoek én op de zitting van de KOIM zelf.

Een verwittigd bedrijf is er twee waard: denk er aan om …

  • je administratie op punt te zetten én te houden;
  • aan alle wettelijke verplichtingen te voldoen, zoals het tijdig neerleggen van de jaarrekening;
  • je crediteurenbeheer strikt in de gaten te houden, om een opeenstapeling aan schulden te vermijden.

Merk je dat het allemaal wat veel wordt of zaken stroef verlopen: zoek tijdig professioneel advies. Interius Advocaten staat je bij in verschillende cruciale bedrijfsprocessen. Wij helpen je bij het identificeren van mogelijke risico’s en het formuleren van passende strategieën en antwoorden.




Lichte verborgen gebreken: het belang van snel handelen

Lichte verborgen gebreken zijn gebreken die de stabiliteit van een (deel van het) gebouw niet aantasten, maar wel van die aard zijn dat – indien de bouwheer ze bij de aanvaarding van het werk had gekend – hij ze niet geaccepteerd had. Vragen die daarbij naar boven komen: is de aannemer aansprakelijk in deze situatie? De garantie- of waarborgtermijn voor de aannemer en de proceduretermijn voor de bouwheer, waar staan ze voor en wat zijn de verschillen? We doen het graag uit de doeken voor jou in de onderstaande blog.

Weet waarover je spreekt

  • Licht verborgen gebrek

Wat verstaan we onder een licht en verborgen gebrek? Een licht gebrek brengt de stevigheid van het werk niet in gevaar, maar het is wel ernstig genoeg voor de bouwheer om, indien hij geweten zou hebben van het gebrek, het werk niet te aanvaarden. Over een verborgen gebrek spreekt men wanneer het bij een grondig onderzoek door een normaal en zorgvuldig persoon, niet aan het licht kon komen. De fouten kunnen gaan over een gebrek in het materiaal dat verwerkt werd, maar ook over een uitvoeringsfout. Daarnaast kan er sprake zijn van een functioneel gebrek, waardoor het werk ongeschikt of onbruikbaar is.

  • Waarborg- of garantietermijn

De waarborg- of garantietermijn bepaalt de periode waarbinnen de aannemer aansprakelijk is voor lichte verborgen gebreken. De aannemer is tot tien jaar na de oplevering aansprakelijk voor dergelijke gebreken. Het startpunt van deze termijn wordt bepaald bij de aanvaarding of goedkeuring van het opgeleverde werk door de bouwheer. Beide partijen kunnen echter ook overeenkomen dat een voorlopige oplevering een goedkeuring van de werken inhoudt. Dan zal de voorlopige oplevering als aanvangspunt gelden voor de tienjarige aansprakelijkheid aangaande lichte verborgen gebreken.

Uiteraard kan de waarborgtermijn aangepast worden op maat van elk project. Zo kan je een waarborgtermijn van minder dan 3 jaar voorzien, wanneer de bouwheer een niet-particulier is. Is de bouwheer een particulier, dan is een minimumtermijn van 3 jaar aangewezen. Deze termijnen vloeien voort uit eerdere rechtspraak. Advies over de gepaste waarborgtermijn in het contract kan geleverd worden door Interius Advocaten.

  • Proceduretermijn

De proceduretermijn geldt voor de bouwheer en bepaalt de periode waarbinnen hij, na de ontdekking van het verborgen gebrek, een vordering moet instellen tegen de aannemer. Wees als bouwheer op je hoede, want deze termijnen zijn vaak kort. Een redelijke termijn wordt door de rechtbank beoordeeld en houdt rekening met alle relevante feitelijke omstandigheden.

Interius Advocaten adviseert om vooraf duidelijk te definiëren hoelang de redelijke termijn mag duren. Via een clausule kan de aannemer in de aannemingsovereenkomst vastleggen binnen welke periode na de ontdekking van de lichte verborgen gebreken een rechtsvordering moet geïnitieerd worden door de bouwheer.

Lichte verborgen gebreken: het belang van snel handelen

Lichte verborgen gebreken: het belang van snel handelen. Vermijd verrassingen, contacteer Interius Advocaten.

Laat je contract screenen

Zowel de bouwheer als de aannemer hebben baat bij een helder contract. Daarom is het aangewezen zich te laten begeleiden door professionals ter zake. Interius Advocaten screent het contract en integreert onder andere de gepaste clausule op maat van het project. Vermijd discussies en procedures, en laat je ontzorgen door Interius Advocaten.




Geschillenregelingsprocedure: uitsluiting of uittreding van een vennoot

Een geschillenregelingsprocedure kan opgestart worden, wanneer het niet meer klikt tussen de vennoten, en de wegen zich dus noodgedwongen moeten scheiden. Daarbij kan een vennoot voor een vordering tot uittreding kiezen, maar het is ook mogelijk dat een vennoot een vordering tot uitsluiting moet ondergaan. Een voorwaarde is wel dat de aandeelhouder die de uittreding wil opstarten bewijst dat hij eerst alle andere mogelijke wegen bewandeld heeft om uit het dispuut te geraken. Is dat bewijs er, dan kan hij overgaan tot een geschillenregelingsprocedure met een vordering tot gedwongen uittreding of uitsluiting. Maar wat is nu het verschil? En welke opties biedt de geschillenregelingsprocedure bij een ernstig conflict tussen vennoten? Op basis van welke voorwaarden kan zo’n procedure opgestart worden? Vragen die we in deze blog op summiere wijze zullen beantwoorden. Wens je concrete begeleiding en advies voor jouw specifieke situatie, neem contact op met Interius Advocaten (LINK), en we helpen je graag op de juiste weg.

Een geschillenregelingsprocedure kan opgestart worden, wanneer het niet meer klikt tussen de vennoten, en de wegen zich dus moeten scheiden.

Geschillenregelingsprocedure

De geschillenregelinsprocedure is enkel voor de Besloten Vennootschap (BV) en de Naamloze Vennootschap (NV) wettelijk geregeld. In deze procedure bestaan er twee opties om tot het vertrek van een vennoot over te gaan: vordering tot uitsluiting of vordering tot uittreding. Maar wat zijn nu de verschillen en op basis van welke voorwaarden kan zo’n procedure geïnitieerd worden?

Vordering tot uitsluiting

Een vordering tot uitsluiting houdt in dat één of meerdere vennoten een andere vennoot verzoeken om uit de vennootschap te stappen via uitsluiting. De uitgeslotene is dan verplicht zijn aandelen over te dragen. Om tot uitsluiting te kunnen overgaan moet een wettelijke drempel van 30% behaald worden. Concreet wil dit zeggen dat de vragende partij van aandeelhouders alleen of samen minstens 30% van de stemmen moet vertegenwoordigen, of over 30% van de winstrechten voor een Besloten Vennootschap of over 30% van de aandelen van het kapitaal van een Naamloze Vennootschap moet beschikken.

Op basis van welke gegronde reden kan men overgaan tot een vordering tot uitsluiting? Dat is in wezen niet wettelijk vastgelegd. Maar het betreft om het even welk feit dat zo ernstig is dat het niet opportuun en zelfs onbetamelijk is dat de aandeelhouder binnen de vennootschap actief blijft. Wanneer de continuïteit en belangen van een onderneming in moeilijk vaarwater zouden komen omwille van deze aandeelhouder, geldt dit ook als bezwarend element.

Vordering tot uittreding

Een vordering tot uittreding zit soepeler in elkaar. Dan vraagt een aandeelhouder zelf om uit de vennootschap te mogen stappen. Dit verplicht de andere aandeelhouders zijn aandelen over te nemen. Bovendien is er geen kwantitatieve beperking waaraan voldaan moet worden, en kan elke aandeelhouder hier dus op een flexibele manier beroep op doen.

De gegronde reden om tot uittreding over te gaan houdt in dat er van de aandeelhouder in alle redelijkheid niet meer verwacht kan worden dat hij nog in de vennootschap actief blijft. In deze situatie is het niet noodzakelijk dat de reden een bedreiging vormt voor het voortbestaan van de vennootschap. Met andere woorden: niet het belang van de vennootschap, maar wel dat van de vennoot in kwestie is het belangrijkste en dus doorslaggevend.

Voor de volledigheid geven we nog mee dat er naast de geschillenregelingsprocedure ook de mogelijkheid bestaat van uitsluiting en uittreding ten laste van het vennootschapsvermogen. Daarover schreven we in december van vorig jaar al een blog.

Inlichting of afspraak?

Wens je dieper in te gaan op bovenstaande materie, schakel dan een specialist ter zake in en contacteer ons nog vandaag: advocaat Freek VAN NECK van Interius Advocaten.